Hennen signaleert in de wereld een aantal trends die nu bij elkaar komen: elastic cloud computing, de versnelde ontwikkeling van toegepaste wiskunde zoals artificial intelligence (AI), en een explosie van data. “Deze drie ontwikkelingen – betere wiskunde, een sterk toegenomen computing power en een steeds grotere hoeveelheid data – zorgen er samen voor dat je grotere problemen kunt oplossen. Je kunt dat bovendien geïntegreerder, sneller en nauwkeuriger doen, en daarmee kun je ook betere beslissingen nemen. Zeker nu de wereld in het algemeen meer digitaliseert is het logisch dat mensen daar bovenop springen. Het gevaar is alleen dat je het puur vanuit de technologiekant bekijkt, en vergeet dat je ook te maken hebt met de menselijke en organisatorische kant van de business.”

Technologie alleen is niet genoeg

Hennen beaamt dat mensen vaak enthousiast worden van technologie. “Ze verwachten er heel veel van.” Maar hij benadrukt dat je aan alleen state-of-the-art technologie weinig hebt als je niet ook aandacht besteedt aan de bijkomende business case, strategie, opleiding en de nodige cultuurverandering. “Technologie moet aansluiten bij wat de organisatie in een bepaalde fase nodig heeft en wat mensen ermee kunnen en willen. Eigenlijk kun je verschillende vormen van technologie onderscheiden: de technologie van het visualiseren en de interactie, de technologie van de toegepaste wiskunde, de technologie van data-ontsluiting en centralisatie, en de technologie die bedrijfsprocessen ondersteunt. Over alle drie moet je strategisch nadenken, en je moet er met elkaar over kunnen communiceren. Men denkt vaak dat technologie het best werkt als je het kunt standaardiseren, maar dat hoeft niet altijd. Je kunt ook afspreken wat je verwacht van een technologie, en hoe je die kunt integreren met een andere technologie. Het maakt mij niet uit of een data scientist een wiskundig model maakt in R of in Python, zolang het van de buitenkant maar niet uitmaakt en de code voldoet aan de kwaliteitscriteria.”

_______________________________________________________________________________________________

“Men denkt vaak dat technologie het best werkt als je het kunt standaardiseren, maar dat hoeft niet altijd.”

_______________________________________________________________________________________________

Technologie gaat allereerst over mensen, zegt Hennen. “Iedereen kan wel roepen dat je zonder AI morgen niet meer bestaat, maar lang niet iedereen heeft echt verstand van zaken. En aan AI heb je niks zonder talent in de organisatie. Bedrijven die datagedreven willen worden zullen verkeerde keuzes maken als ze mensen aan het roer hebben staan zonder kennis van zaken. Ik zie dat nog te vaak gebeuren. Je moet zowel bedrijfseconomisch naar AI kijken als technologisch. Dat is talent. De huidige CxO’s hebben doorgaans veel ervaring, maar meestal niet met digitalisering en het toepassen van AI. Men denkt vaak dat ‘talent’ draait om het aannemen van jonge mensen, en dat die het bedrijf wel zullen veranderen. Geef ze goed materiaal en bestempel ze als de knappe koppen in je organisatie. Dat is een deel van de puzzel, maar een ander deel is nadenken over talent in je leadership. Wie jaagt de verandering aan, wie helpt met het uitdragen van de visie en wie inspirereert dat jonge talent? Uiteindelijk gaat elke medewerker zich namelijk gedragen naar hoe de baas zich gedraagt.”

Het implementeren van innovaties

De noodzaak om datagedreven te worden heeft ook te maken met de ontwikkeling van technologie. Die biedt voortdurend nieuwe mogelijkheden. Organisaties willen daar gebruik van maken, uit angst achter te lopen. Maar hoe zorg je ervoor dat iets een succes wordt in de hele organisatie? Volgens Hennen hangt dat voor een groot deel af van de manier waarop in een organisatie wordt samengewerkt. “Idealiter heb je een organisatie die in staat is om te innoveren, om de tools te gebruiken die voorhanden zijn en die daarmee kan experimenteren. En als daar iets moois uit komt kan zo’n organisatie daarna ook iets creëren waardoor innovaties daadwerkelijk in productie kunnen komen. Dat laatste wordt wel eens vergeten.” Hennen ziet dat organisaties daar vaak moeite mee hebben. “Als 40 afdelingen in je bedrijf allemaal Google-achtige dingen aan het bouwen zijn, dan gaat het geheid mis. Bedrijven moeten zich überhaupt niet willen vergelijken met de Googles van deze wereld, want dat zijn ze niet.

_________________________________________________________________________________________________

“Als 40 afdelingen in je bedrijf allemaal Google-achtige dingen aan het bouwen zijn, dan gaat het geheid mis.”

_________________________________________________________________________________________________

Ze hebben geen afgebakend businessprobleem, ze doen vaak van alles. Dus moet je een centraal platform zoeken waar je die dingen op laat landen. Dat is een technologisch vraagstuk dat nu pas een beetje getackeld wordt. In veel bedrijven zie je bijvoorbeeld platforms ontstaan, waarop die bedrijven hun AI-applicaties kunnen laten draaien. Daar zie je organisaties mee worstelen. Sommige lopen iets voor, zoals Shell. Veel bedrijven bouwen hun platform zelf. Maar dan moeten ze het ook zelf onderhouden, en daar hebben ze vaak de mensen niet voor. Het gevolg is dat ze dan dingen gaan doen die niet in de core van het bedrijf zitten, of ze verwaarlozen het op een gegeven moment met alle gevolgen van dien. Je moet natuurlijk wel IT’ers in je bedrijf hebben, maar die horen bezig te zijn met jouw core profession. Niet met rompslomp die je zelf hebt gebouwd en die ook op de markt beschikbaar is. Het IT-principe ‘buy, before re-use, before build’ geldt hier meer dan ooit.” Hennen raadt de schoenmakers dan ook aan bij hun leest te blijven.

________________________________________________________________________________________________

“Het IT-principe ‘buy, before re-use, before build’ geldt hier meer dan ooit.”

_________________________________________________________________________________________________

De aantrekkingskracht van data

Behalve technologie heeft ook data een grote aantrekkingskracht op organisaties. Het fenomeen heeft dan ook een grote vlucht genomen. Hennen ziet dat veel organisaties lukraak beginnen met het verzamelen van zo veel mogelijk data, in de verwachting dat ze zo een (kennis)voorsprong kunnen nemen. “Daar is op zich niets mis mee, maar je hebt niets aan data als je niet eerst weet wat je aan gegevens nodig hebt, en wat je ermee wilt doen. Te veel bedrijven doen wel iets met data, maar wat nog te weinig van de grond komt is het op orde krijgen van die data, en ze gecentraliseerd beschikbaar maken voor veel mensen en bedrijfsonderdelen. Die organisaties zien het belang van data wel, maar beseffen niet goed genoeg dat je een datafundament moet neerleggen, en daarin ook moet investeren. Het lijkt een beetje op wat er met technologie gebeurt; die twee zijn vrij sterk geïntegreerd.”

"Je hebt niets aan data als je niet eerst weet wat je aan gegevens nodig hebt, en wat je ermee wilt doen.”

Een serie van vijf verdiepende artikelen die samen komen in een dynamische briefing. In de serie worden vijf elementen uitgelicht die onderdeel uitmaken van een strategisch, data gerelateerd onderwerp, en organisaties ondersteunen om voorbij data-experimenten te groeien en impact te maken op nieuwe en bestaande business modellen. Take Five en profiteer van provocerende inzichten.

Abonneer je hieronder om jouw maandelijkse vijf-minuten durende Data Brief in je mailbox te ontvangen.